vrijdag 28 mei 2010

Wat moet je denken om te doen wat je doet?

Wat moet je denken om te doen wat je doet?

Rare vraag op het eerste gezicht zal je misschien denken.
Waar slaat dat op?

Je denk toch ná voordat je iets doet?
Je doet toch dingen omdat je juist nagedacht hebt?

Dàt nadenken bedoel ik niet.
Dàt nadenken kan gebaseerd zijn op een tactiek, een doel een effect wat je wil bereiken en soms zal je tot de conclusie komen dat je juist het tegenovergestelde bereikt van wat je bedoelde.

Je denkt (gelooft) namelijk iets en doordat je dat gelooft ga je de dingen doen op de manier waarop je ze doet. Dat is wat men "overtuigingen noemt", overtuigd zijn ( aangenomen hebben dat iets "waar" is) dat iets op een bepaalde manier nodig is te doen.

Op een abstracter niveau wil je bijvoorbeeld "opvoeden", "mensen kansen tot ontplooiing geven" en in de praktijk kan blijken dat je bewerkstelligt door je typische of a-typische manier van handelen) dat mensen zich juist kleiner of ondergeschikter gaan voelen in plaats dat je ze biedt wat je oorspronkelijke bedoeling was. Het woord bedoeling heeft alles met het oorspronkelijke -doel- te maken, wat nagestreefd wenste te worden, zolas bijvoorbeeld ontpooiingskansen en groeikansen bieden.

Ik zag pas geleden op de tv een programma over opvoeding waarbij diverse ouders er van overtuigd waren dat ze hun kinderen dienden te slaan omdat die kinderen anders niet genoeg zouden presteren, of om hun eigen gezag te doen gelden. Met verbazing heb ik aangehoord hoe het ieder van die ouders nog meer uit evenwicht bracht, terwijl ze ongeacht de uitkomst ervan alsmaar door bleven gaan met dat gedrag op die manier te blijven volharden en te blijven “communiceren” op deze manier terwijl vrijwel iedere ouder aangaf zich er persoonlijk ook niet lekker bij te voelen. Van luisteren was geen sprake, zelfs niet meer naar zichzelf.

Dit is een duidelijk voorbeeld waarbij hun overtuiging hen doet handelen. Er zat géén overtuiging achter dat hun kinderen gezonde weldenkende kinderen zijn, die zich zonder slaan zelfs gezonder zouden kunnen ontwikkelen. Eigenlijk was dat slaan een uiting van die ouders van hun eigen innerlijk gevoel van onmacht, het onvoldoende vertrouwen hebben in het leven met zijn zelf-oplossend en zelf-herstellend vermogen. Eigenlijk geloofden ze nog maar in één oplossing, en die werd gebaseerd op hun eigen onmacht gevoelens helaas. Deze ouders hadden geen vertrouwen meer, niet in zichzelf en niet in hun kinderen, ondanks dat ze dit naar zichzelf tegenspraken. Ze hadden daardoor geen vertrouwen in hun kinderen, (dat was de onderliggende overtuiging op niveau 3, zie verdere uitleg nadien) die hun gedrag (op niveau 5 gedrag, activiteiten en communicatie stroom) bepaalde. Dit gebeurt vaak als ze in zichzelf hun eigen onvoorwaardelijk vertrouwen nog onvoldoende herkennen en daardoor vertrouwen ook nog niet kunnen erkennen en toekennen aan anderen. Terwijl in ieder van ons alle mogelijkheden zitten, dus ook de oplossingen!

De vraag “wat moet je denken om te doen wat je doet” komt uit de NLP en heeft te make met persoonlijke bewustwording en persoonlijke ontwikkeling.
Het bedoelt te zeggen:"Wat is wat je gelooft, dat maakt dat je doet wat je doet", ofwel wàt is je overtuiging die sturend is in je gedrag. Veel overtuigingen zijn niet bewust, bewustwording is daarom van zo'n groot belang. (Daarom vind ik mijn vak ook zo leuk! Het biedt een scala aan mogelijkheden veel van die onbewuste overtuigingen in het bewustzijn te helpen krijgen. Een power en een immense verandering kan dat teweeg brengen. Veel mensen met met veel power in zich, kunnen zoals het voorbeeld straks aangeeft met dezelfde snelheid zichzelf de goede kant kunnen sturen, waar ze zichzelf soms voorheen behoorlijk in een ongewenste richting in stuurden,

Mijn oorspronkelijke vraag komt uit wat wordt genoemd de “logische niveaus” van de antropoloog Gregory Bateson.

Het is een indeling die te maken heeft met de zes logische niveaus van de mens, in een natuurlijke hiërarchie waarin levensdoel aan de top staat. Niveau 1 is het hoogste.. Hoe dichter je de top van de logische niveaus nadert, hoe dichter je komt bij “het hart van de zaak”:

1. Levensdoel.
2. Identiteit “Wie ben ik? Welke rol speel ik?”
3. Overtuigingen waarden en criteria. Wat is belangrijk voor mij
4. Capaciteiten vermogens en vaardigheden. Wat kan ik?
5. Gedrag en activiteiten. Wat doe ik?
6. Levensomstandigheden en resultaat. Waar ben ik?


Bedrijfsmatig kan je dit schema verwoorden naar een bedrijf of afdeling:

1. Visie
2. Mission Statement, strategische keuze
3. bedrijfscultuur, kwaliteitsnormen, ongeschreven regels
4. beschikbare menselijke en technische bronnen
5. Activiteiten en communicatiestroom
6. werkvloer en resultaat.

Ik zal een voorbeeld geven:
Je wilt iets bereiken.
Je hebt het nog niet bereikt en je wil het wel heel graag bereiken.

Dat is dus het punt wat je nu bereikt hebt. Punt 6 dus. Waar ben ik nu.

Ik haal even een stuk tekst aan uit het boek:”NLP voor managers” van Paul Liekens.
Blz. 12. Minder doen, meer bereiken.

De vraag is niet zozeer:”wat moet ik nog meer doen om mijn doelen te bereiken?”
De vraag is eerder: Hoe heb ik mezelf onbewust tegengehouden, wat kan ik voortaan beter niet meer doen of beter minder doen?

De meeste managementboeken zijn er op gericht de vaardigheden van een manager op te vijzelen en hem technieken aan te leren waardoor efficiënter gedrag ontstaat.
Wij gaan echter veel verder, we gaan tot het niveau van Zijn, het niveau van identiteit en missie of visie, de bron waaruit al het andere voortspruit e van waaruit ook de managersfuctie is ontstaan. En zoals je uit ervaring weet: als je iets bij de bron verandert, verandert alles wat daaruit voortkomt.

De grondregel is dat elke blijvende verandering kan plaatsvinden vanuit een hoger niveau.

Wij gaan ons intensief met de genoemde niveaus bezig houden (zo schrijft Paul Liekens), als je de niveaus door elkaar haalt, ontstaan er problemen. Als je het niveau van identiteit, ik ben verwart met wat je hebt of kunt of waar je werkt, dan word je kwetsbaar. Want als er iets dramatisch gebeurt met je bedrijf, en je hebt er je mee geïdentificeerd dan ga je als persoon mee ten onder. Als je wat jij op identiteitsniveau bent, gescheiden houdt van je werk, van wat je kunt of de plaats waar je woont, dan sta je onafhankelijker ten opzichte van wat er in de buitenwereld met je gebeurt.

Manage eerst jezelf en daarna je medewerkers, zo schrijft Paul Liekens blz. 14.

Op blz 19 geeft hij nog wat belangrijke basis stellingen, zoals:

Positieve intentie, een heel belangrijke voor ieder van ons om te herkennen, te kennen en te erkennen.

Falen of feedback:
Leer wat we falen pleegden te noemen voortaan uitsluitend als feedback te ervaren.

Positieve intentie:
Achter elke handeling of gedraging, hoe destructief ook, schuilt een (onbewuste, onzichtbare) goede bedoeling van degene die zo handelt of zich \o gedraagt, zoals zelfverkenning, streven naar veiligheid, bevrediging van behoeften.

Keuze
Iedereen maakt te allen tijde de beste keuze die hij op dat moment kan maken. Iedereen heeft minstens drie keuzemogelijkheden om een situatie te beleven.

De logische niveaus van Bateson blijken een belangrijk indeling die het inzichtelijk maakt hoe het een en ander oorzakelijk op te gaan lossen indien ze als problematisch ervaren worden.

Yvonne Mooijman

Terug naar weblog persoonlijke ontwikkeling

Geen opmerkingen: